Ministerie LNV op ramkoers over tarieven NVWA 2023
Het vertrouwen van de brancheorganisaties die betrokken zijn bij de ontwikkeling van een nieuw kostprijsmodel en eerlijke NVWA-tarieven is tot het absolute nulpunt gedaald. Het ministerie van LNV houdt zich niet aan de afspraken die zij met het bedrijfsleven maakte. Minister Adema negeert diverse oproepen om de tarieven nu niet te verhogen. En de wens van de Tweede Kamer om het ‘zoet’ en het ‘zuur’ tegelijk op te dienen wordt genegeerd.
De activiteiten van de NVWA worden grotendeels betaald door de overheid. De minister van LNV bevestigde afgelopen jaar nogmaals in de Tweede Kamer dat toezicht houden een overheidstaak is, die door de overheid gefinancierd wordt. De NVWA verricht daarnaast ook wettelijk verplichte keurings- en certificeringswerkzaamheden. De kosten daarvan worden betaald door de bedrijven waarvoor die werkzaamheden verricht worden. Jaarlijks betalen de bedrijven daar samen zo’n 100 miljoen euro voor.
De hoogte van de NVWA-tarieven is al jarenlang een doorn in het oog van Vee&Logistiek Nederland en diverse andere brancheorganisaties. De discussie over welke kosten de NVWA bij de bedrijven in rekening kan, mag en moet brengen loopt al jaren. Naar verwachting doet de rechter hier eind 2022 of begin 2023 een uitspraak over. In 2021 startte LNV daarom het Programma Herziening Kostprijs en Tarieven NVWA. Doel van dit programma is om te komen tot inzichtelijke en aanvaardbare NVWA-tarieven voor de bedrijven. Het programma moet het volgende opleveren:
- een transparante berekening van de kostprijs van de NVWA-werkzaamheden,
- een heldere afweging welk deel van de kosten bij de bedrijven in rekening gebracht wordt,
- duidelijke afspraken over efficiencyprikkels voor de NVWA en doelmatigheidsbeloningen voor de bedrijven,
- en waar nodig nieuwe manieren om de kosten in rekening te brengen, zoals abonnementen in plaats van uurtarieven.
Dit programma is eind 2021 gestart en zal naar verwachting tot medio 2023 lopen.
Tegen alle afspraken in wil de minister van LNV de uitkomsten van het programma niet afwachten en al per 1 januari 2023 nieuwe NVWA-tarieven invoeren. Daarbij wil hij gebruik maken van de (nog niet afgeronde) nieuwe kostprijsberekening. En hij wil miljoenen euro’s aan meerkosten bij de bedrijven in rekening brengen. Een van de grootste kostenposten die voor rekening van het bedrijfsleven gaan komen is de reistijd voor woon-werkverkeer van de werknemers. Die reistijd wordt als werktijd gezien.
De minister negeert daarmee herhaalde verzoeken van de gezamenlijke brancheorganisaties in de voedselproductie en van de Tweede Kamerfracties van VVD en D66, om het afgesproken programma geheel te doorlopen voordat nieuwe NVWA-tarieven worden vastgesteld. Het Programma Herziening Kostprijs en Tarieven NVWA was bedoeld om acceptatie en draagvlak voor de tarieven van de NVWA te krijgen. Met de ramkoers die de minister nu kiest bereikt hij het tegenovergestelde.
De leden van Vee&Logistiek Nederland hebben voor verschillende vormen van dienstverlening te maken met de NVWA. Als een NVWA-medewerker bij het bedrijf komt wordt daar een starttarief voor in rekening gebracht. Dit betreft momenteel €116,60 Dit bedrag is voor de reis- en administratiekosten voor de betreffende medewerker maar ook voor de overhead op kantoor. Naast het starttarief wordt keuringstijd op locatie in rekening gebracht.. Dat tarief bedraagt € 48,80 per Kwartier. Een half uur exportkeuring op locatie kost een ondernemer op dit moment dus €214,20. Dit zijn alleen al de kosten voor de reguliere dienstverlening. Alle ander kosten voor een audit, certificaat of andere handelingen worden apart in rekening gebracht.
In het coalitieakkoord is afgesproken dat men naar zogenoemde ‘kostendekkende tarieven’ wil. Dat betekent dat het ministerie van LNV voornemens is om alle mogelijke kosten bij het bedrijfsleven in rekening te brengen. Bij volledige doorbelasting van alle kosten zou een starttarief in 2023 op €217,36 komen en een kwartiertarief op €55,89. Daarmee komt een half uur durende exportkeuring op €329,14. Dit zou een kostenstijging van meer dan 50% zijn.
Tijdens de verschillende gesprekken hebben de brancheorganisaties afgesproken dat deze kostenverhogingen niet zomaar doorgevoerd kunnen worden en dat dit moet samengaan met voorstellen vanuit de NVWA om te komen tot efficiënter en doelmatiger toezicht.
De brancheorganisaties hebben in een formele brief aan het ministerie van LNV aangegeven dat de gemaakte afspraken niet worden nagekomen. In de brief is gevraagd om binnen 3 weken (uiterlijk 1 september 2022) te reageren. Daarna zijn er nog diverse andere brieven gestuurd met dezelfde strekking waarbij de noodklok is geluid. Tot op heden is er niet gereageerd op de brieven.
Aangezien het er alle schijn van heeft dat het ministerie de kostenverhoging, al dan niet gefaseerd, wil gaan doordrukken heeft het bedrijfsleven de consultatie van LNV over de NVWA-tarieven opgeschort.
Vee&Logistiek Nederland doet samen met het Nederlandse bedrijfsleven wederom een dringend beroep op het ministerie van LNV om afspraken na te komen. De verschillende branche-organisaties benadrukken dat zij bereid zijn om op een constructieve basis in gesprek te gaan. Maar wel met een betrouwbare overheid die haar afspraken richting de sector nakomt.
Helma Lodders
Voorzitter Vee&Logistiek Nederland